'Gedrag begrijpen is de sleutel'
Gepubliceerd op: 09-08-2018
Vijf jaar geleden brachten de beelden van een vastgeketende verstandelijk beperkte jongeman een schok teweeg in heel Nederland. Bestuurder Rieneke de Wit vertelt wat er bij het CCE is veranderd sinds toen.
‘In de gehandicaptensector staat het terugdringen van vrijheidsbeperking sindsdien hoog op de agenda. Er zijn goede resultaten geboekt. Dat zien we in onze consultatiepraktijk maar ook bij de toetsingen voor meerzorg. Ook de Inspectie bevestigt dit beeld. Het CCE ziet natuurlijk lang niet alles, we zien vooral de meest complexe vragen en de meer ingrijpende vormen van vrijheidsbeperking. Punt van aandacht is wel om bereikte resultaten vast te houden en met elkaar te blijven zoeken naar perspectief en ontwikkeling. Geen eenvoudige opgave, aangezien het zonder uitzondering gaat om cliënten met zeer complexe problematiek.’
‘Wij hebben onze visie op vrijheidsbeperking explicieter gemaakt en dragen die actief uit. Vrijheidsbeperking staat niet op zich. Het gaat om het gedrag van de cliënt dat maakt dat zijn begeleiders vrijheidsbeperkende maatregelen toepassen. Belangrijk is om stil te staan bij wat er vooraf is gebeurd. Hoe goed is het gelukt om het gedrag van de cliënt te begrijpen voor de vrijheidsbeperking werd toegepast?
Het vraagt van zorgprofessionals de nodige bevlogenheid en nieuwsgierigheid om daar samen met de cliënt en zijn familie de vinger achter te willen krijgen. Het onbegrepen gedrag van deze cliënten kan soms wel op elkaar lijken, maar het gaat telkens om een andere persoon met een eigen geschiedenis, een eigen kwetsbaarheid in een eigen omgeving. Je moet bij iedere cliënt opnieuw onderzoek doen naar de patronen in het gedrag en de wisselwerking tussen de cliënt en zijn omgeving.’
Gedrag begrijpen en voorkomen
‘Het gaat te ver om te zeggen: vrijheidsbeperking mag niet meer voorkomen. Dat is te gemakkelijk. Iedere zorgprofessional die met ernstig probleemgedrag te maken heeft gehad, weet dat zich altijd momenten kunnen voordoen waarop de directe omgeving echt even geen andere oplossing weet. Dan komt het er op aan hoe je dat aanpakt.
De maatregelen moeten bij voorkeur niet ingrijpender zijn dan strikt noodzakelijk en ook niet langer of frequenter. Het gaat er ook om dat professionals zich blijven richten op afbouwen van de maatregelen. Dat betekent: blijven zoeken naar hoe je het gedrag kunt begrijpen en voorkomen. Dat kan behoorlijk ingewikkeld zijn, ookomdat het soms over je eigen handelen als professional gaat.’
‘Als je niet verder komt, zoek er dan hulp bij, binnen de eigen instelling of daarbuiten. Dat doen we binnen het CCE trouwens ook. Intern door een casus met collega’s te bespreken en als het nodig is zetten we een andere deskundige in. We blijven voor iedere cliënt zoeken naar een manier om de kwaliteit van leven te verbeteren en vrijheidsbeperking te minimaliseren. Natuurlijk zijn er ook situaties denkbaar waar je – als er na lang puzzelen en uitproberen een nieuw evenwicht is bereikt – de zaak een tijd laat rusten om pas later weer opnieuw op zoek te gaan naar verder afbouwen van vrijheidsbeperking.’
De context is beïnvloedbaar
De laatste jaren heeft het CCE de wisselwerking tussen de cliënt en zijn omgeving nadrukkelijker onder de aandacht gebracht. Rieneke: ‘We kijken heel bewust naar welke patronen we daarin zien en hoe we die kunnen doorbreken. Dat vraagt soms de nodige behoedzaamheid, want het kan betekenen dat we van begeleiders, ouders of professionals vragen ook naar hun eigen rol te kijken.
We leggen die nadruk op de context omdat die nu eenmaal onderdeel is van de wisselwerking die tot het onbegrepen gedrag leidt. Als je perspectief kunt herstellen door de context te beïnvloeden is dat alleen maar positief. Dan is het belangrijk dat begeleiders goed zijn geschoold en gelegenheid krijgen om te reflecteren of bij elkaar in de keuken te kijken.’
Expertise overdragen
‘We hebben de principes waar we ons in het werk door laten leiden opnieuw onder woorden gebracht. Dat is een goede basis om onze manier van denken en werken over te dragen. In de consultaties, maar ook via een scholingsaanbod. Sinds een paar jaar bieden we een leergang aan voor gedragskundigen die met deze bijzondere groep cliënten werken.
We hebben voor 2016 een compleet scholingsaanbod ontwikkeld, gericht op het begrijpen en voorkomen (of terugdringen) van ernstige vormen van probleemgedrag. Er staan dit jaar tien verschillende leergangen en cursussen op het programma, voor diverse sectoren en beroepsgroepen.’
Signalering en feedback
Verder is het CCE aan de slag gegaan met de verdere professionalisering van de toetsingen voor de beleidsregel Meerzorg. ‘Ook als vrijheidsbeperking helemaal volgens de regels wordt toegepast, vragen we aandacht voor het terugdringen ervan. De medewerkers van het CCE bespreken na een reeks toetsingen of consultaties hun ervaringen met de zorgaanbieder.
Signalering en feedback noemen we dat. Dat kan bijvoorbeeld om huisvesting gaan of over de kwaliteit van ondersteuningsplannen, het belang van een heldere visie op probleemgedrag, maar ook om patronen die de manier van werken en samenwerken betreffen.’
Overplaatsen als oplossing?
De jongeman die aanleiding was voor de discussie vond ergens anders een plek. Toch is overplaatsen volgens het CCE niet de ultieme oplossing voor een situatie die vastgelopen is. Rieneke: ‘Soms kan het niet anders, bijvoorbeeld als onder druk van de problemen de relatie tussen familie en professionals ernstig verstoord is geraakt. Soms is verhuizen dan een laatste redmiddel. Dat levert vaak stress op voor de cliënt. Meestal is daar een heleboel ellende aan voorafgegaan. Dat wil je liever voor zijn! Bijvoorbeeld door met je team op tijd stil te staan bij de vraag of je de cliënt goed genoeg begrijpt en kan begeleiden. En er een ander bij haalt als je er niet uit komt. Het loont om met elkaar op zoek te blijven gaan naar perspectief!’