Interview Joukje van der Naalt - projectleider BRAIN ReADAPT
Gepubliceerd op: 07-10-2022
Aandacht voor de gevolgen van niet-aangeboren hersenletsel (NAH) is erg belangrijk. De aanleiding voor het BRAIN-ReADAPT onderzoek was het contact dat Joukje had met een patiënt.
Waarom doe je mee aan dit project?
De patiënt waarmee ik contact had, heeft zijn werk hervat na een NAH en merkte dat de klachten die hij had tijdens de herstelfase weer terugkwamen bij het ouder worden. Met de BRAIN-ReADAPT studie gaan we onderzoeken of het ouder worden van patiënten met NAH een negatieve invloed heeft op het functioneren.
Wat ga je doen om je doel te bereiken?
We gaan aan een grote groep patiënten bij wie eerder acuut hersenletsel is vastgesteld vragen of ze dit effect herkennen. We benaderen iedereen die in de deelnemende centra is gezien met een acuut NAH (zoals traumatisch hersenletsel, een subarachnoïdale bloeding of een CVA). Via een uitgebreide vragenlijst gaan we inventariseren of mensen problemen ervaren in hun functioneren thuis en op het werk bij het ouder worden. Daarnaast onderzoeken we in een kleinere groep patiënten via een neuropsychologisch onderzoek of er sprake is van cognitieve achteruitgang en op welk gebied.
Wanneer ben je tevreden?
Als veel mensen meedoen aan dit onderzoek waardoor we onze vragen kunnen beantwoorden. Dat biedt de mogelijkheid om de zorg te verbeteren voor patiënten die bij het ouder worden opnieuw NAH-klachten ervaren. Het gaat hierbij om (h)erkenning, informatie en hoe hulp geboden kan worden.
Hoe wil je zorgprofessionals betrekken bij het onderzoek?
We gaan via een enquête onder diverse zorgverleners uitzoeken in hoeverre zij het probleem herkennen en welke informatie voor hen nuttig kan zijn om de zorg te verbeteren. Het uiteindelijke doel is om een informatiefolder te maken voor mensen met een acuut NAH. De kennis gaan we verder verspreiden via een signaleringslijst en kennisbundel voor zorgprofessionals gericht op herkenning en begeleiding van oudere patiënten met NAH. We zullen patiënten en hulpverleners regelmatig informeren over de voortgang van ons onderzoek via het Kennisplein.