Naar hoofdinhoud Naar footer

Werken aan weerbaarheid van medewerkers

Gepubliceerd op: 12-06-2024

Werkplekleren is leren op je werk. Dat kan tijdens het werk, bijvoorbeeld door te kijken hoe iemand anders een taak aanpakt. Of door een coach te laten meekijken bij een werksituatie. Maar ook door een cursus of training te volgen. Hieronder vind je een voorbeeld van hoe je het leren kunt inrichten binnen je organisatie.

Hoe ziet de methode er op hoofdlijnen uit? 

Bij de organisatie sluit het werken aan weerbaarheid van medewerkers naadloos aan op de filosofie die de instelling al 30 jaar hanteert ten aanzien van het behandelmodel voor mensen met een verstandelijke beperking en ernstige gedragsproblematiek, de Triple-C methodiek. De ontwikkeling vindt plaats op de werkvloer, in het contact tussen cliënten, begeleiders, managers en behandelaars. De drie C’s staan voor: cliënt, coach en competentie. In tegenstelling tot veel andere methoden richt Triple-C zich niet op het probleemgedrag. Triple-C richt zich op ervaren van het gewone leven. Begeleiders en andere deskundigen bouwen aan een onvoorwaardelijke ondersteuningsrelatie met cliënten. Samen met cliënten zorgen zij voor zinvol werk of een zinvolle daginvulling. Daardoor neemt het zelfvertrouwen van cliënten toe en ontwikkelen zij competenties die een positief effect hebben op hun welzijn.

Weerbaarheidstrainingen bij de organisatie zijn gericht op het trainen van medewerkers in het omgaan met stress. In de trainingen wordt zo veel mogelijk aangesloten bij wat de cliënt kan. Praktijkcasuïstiek wordt als uitgangspunt genomen in de trainingen. Er wordt zo mogelijk getraind in de real life setting: in de woning, in de bus, in het zwembad, etc. De trainingen zijn altijd interactief. Er hebben inmiddels ook trainingen plaatsgevonden waarin samen met de cliënten getraind wordt. Er wordt gebruik gemaakt van feedback van cliënten in de trainingen; cliënten zijn erg goed in staat om te benoemen hoe medewerkers reageren in stressvolle situaties. Naast trainen wordt coaching op de werkvloer gegeven aan de hand van concrete vragen van medewerkers over hoe zij om moeten gaan met stressvolle situaties.

Kernaspecten van werkplekleren 

  • Directe ondersteuning door een collega op de werkvloer (coach).
  • Leren van de praktijk (praktijkcasuïstiek, feedback van de cliënt oefenen in real life situatie).
  • Samen leren (in een groep).

Wat is de doelstelling? 

De doelstelling is het ondersteunen van de medewerkers en de teams in het omgaan met stressvolle situaties en de wijze waarop je hierbij samenwerkt met de cliënt. De relatie tussen medewerker en cliënt gaat door tijdens en na de stressvolle situatie. De weerbaarheidstrainingen zijn erop gericht deze relatie goed voort te kunnen zetten. Het is vaak een puzzel: Hoe communiceer je met de cliënt zodat het gedrag dat stress veroorzaakt naar de achtergrond verdwijnt? Hoe beweeg je mee? Soms is een gevaarlijke situatie echter niet te voorkomen. Dus een doelstelling is ook de medewerkers de wettelijke kaders omtrent noodweer en grondfixaties mee te geven en deze te oefenen. 

Wat is het beoogde resultaat? 

Het beoogde resultaat is dat de medewerkers weerbaar(der)zijn en dat de cliënten minder stress ervaren en daardoor beter kunnen functioneren. 

Hoe ziet de opzet eruit? 

Alle medewerkers binnen de intensieve sectoren van de organisatie krijgen een basistraining weerbaarheid van twee dagen. Daarnaast worden op aanvraag groepen getraind, bijvoorbeeld het secretariaat van de Raad van Bestuur en de artsen AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming). Uitbreiding vindt nu plaats naar alle medewerkers. Ook verzorgt de organisatie coaching op de werkvloer op het gebied van weerbaarheid. 

De eerste dag van de basistraining vindt plaats voordat nieuwe medewerkers aan het werk gaan en de tweede dag na ongeveer zes weken. In deze tweede dag staan de praktijkervaringen centraal die de medewerkers hebben opgedaan. Vervolgens krijgen de medewerkers jaarlijks een training waarbij de diepte wordt ingegaan, wederom afgestemd op de eigen casuïstiek van de medewerker. Hierbij komen allerlei fysieke en verbale situaties aan de orde waarmee medewerkers geconfronteerd worden. Deze trainingen vinden plaats op de locaties waar de medewerkers werkzaam zijn: in de woning (slaapkamer, badkamer), in een bus, in het zwembad.

Er hebben inmiddels pilots plaats gevonden om samen met cliënten te trainen. Daar komen zaken aan de orde als het samen oefenen hoe de medewerker een cliënt goed vast kan pakken. Deze pilots staan nog in de kinderschoenen. Het is een droom van de organisatie om dit verder uit te kunnen breiden. Tijdens de trainingen wordt gebruik gemaakt van feedback van cliënten. Cliënten kunnen heel goed aangeven hoe medewerkers reageren in stressvolle situaties (bijvoorbeeld: “Jij pakt mij heel snel vast” of “Jij gaat plat Rotterdams praten als het spannend wordt”). Van cliënten heeft men bijvoorbeeld ook geleerd dat fixeren de situatie vaak alleen maar erger maakt. In trainingen wordt de visie van de organisatie (de Triple-C) verbonden met de praktijk. 

Coaching op de werkvloer vindt plaats aan de hand van concrete vragen van de medewerkers. De vraag is daarbij vaak hoe je als medewerker niet in een strijd terecht komt met je cliënt. Dat is echter niet altijd te voorkomen. Een voorbeeld: Hoe zorg je er als medewerker voor dat een cliënt rustig blijft als er bloed geprikt moet worden. Een trainer weerbaarheid komt dan meekijken en samen met de cliënt wordt gezocht naar een prettige manier. Het gaat dan bijvoorbeeld om meebewegen, geruststellen en alleen even kracht zetten als er bloed geprikt moet worden. Een ander voorbeeld: Een cliënt schopt steeds zijn kledingkast in elkaar. Dan wordt samen met de begeleider gekeken naar wat er wel kan. Bijvoorbeeld alleen de kleding voor morgen in de kast leggen, of alleen een sokkenmandje. Samen met de begeleider en cliënt wordt gekeken hoe de wereld kleiner of groter kan worden gemaakt, zodat deze hanteerbaar is voor de cliënt.

Hoe lang wordt de methode al gebruikt? 

De organisatie werkt inmiddels 30 jaar volgens de Triple-C methodiek. De weerbaarheidstrainingen die daarop zijn afgestemd worden al 15 jaar uitgevoerd, waarbij deze steeds worden doorontwikkeld op basis van de doelgroep. 

Hoe vaak wordt de methode gebruikt? 

Elke medewerker in de intensieve sector volgt de basistraining van twee dagen en een terugkomdag per jaar. Ook vindt coaching op maat plaats.

Wat is de doelgroep? 

Alle medewerkers binnen de intensieve sectoren ontvangen de training. Daarnaast is de training op aanvraag beschikbaar en binnenkort gaan alle medewerkers getraind worden. Naast werknemers worden ook ouders van cliënten getraind. Cliënten krijgen een rots en watertraining (weerbaarheid en sociale vaardigheidstraining) op aanvraag. 

Wordt er geëvalueerd en wat komt daaruit? 

De evaluaties van de trainingen zijn erg goed. Met name de andere kijk (Wat is de hulpvraag achter het gedrag van de cliënt?) en het werken aan stressreductie bij cliënt en medewerker wordt sterk gewaardeerd. De medewerkers krijgen hierdoor een andere mindset. Uiteindelijk gaat het om weerbaardere medewerkers en om stressreductie bij cliënten. 

Is de methode wetenschappelijk onderbouwd? 

De Triple-C methodiek is onderwerp van onderzoek in een academische werkplaats van Tranzo[1]. In het kader van zelfdeterminatie is er daarbij aandacht voor alternatieve oplossingen voor maatregelen in de vorm van ‘fixaties’, zoals gezamenlijk volgen van een weerbaarheidstraining door begeleiders en cliënten.

Wat zijn de benodigde investeringen? 

Bij de organisatie heeft men inmiddels 10 weerbaarheidstrainers. Dit is natuurlijk een forse investering. Wanneer de medewerkers getraind worden, zijn zij niet inzetbaar in het primaire proces. Daarnaast heeft men een trainingslokaal en een aantal materialen, zoals matten. 

Welke randvoorwaarden zijn te benoemen? 

De allerbelangrijkste randvoorwaarde is dat de weerbaarheidstrainingen ingebed zijn in de visie op het verlenen van zorg in de instelling (in dit geval de Triple-C). Het hele systeemmoet de trainingen ondersteunen, vooral ook de managers en de Raad van Bestuur. De visie moet van onder tot boven doorleefd zijn, zodat iedereen weet dat de weerbaarheidstrainingen hier maximaal op aan sluiten. Bij de organisatie is dit het geval; daarom worden de trainingen ook gefaciliteerd. 

Welke praktische hulpmiddelen worden gebruikt? 

Er wordt gewerkt met hartslagmeters om naar stress te kunnen kijken. Daarnaast onderzoekt men nu of er in de toekomst met VR-brillen kan worden gewerkt om lastige casuïstiek te beoefenen. Dit gebeurt in samenwerking met een extern bedrijf, een bedrijf dat gespecialiseerd is in het omgaan met stress. De organisatie ontwikkelt verder alle casuïstiek op maat. 

Welke trainers, coaches of cursussen zijn beschikbaar? 

De organisatie heeft zelf 10 weerbaarheidstrainers.

Wat zijn voordelen van de methode? 

Door deze manier van trainen kunnen de medewerkers weer op pad, ze komen met plezier naar het werk, ze zijn weerbaarder. De cliënten zijn er ook mee geholpen. Ze hebben minder stress, wat hun leven ten goede komt.

Wat zijn nadelen van de methode? 

Deze zijn er eigenlijk niet, omdat de trainingen en de coaching erg op maat zijn en daardoor herkenbaar voor de medewerkers. Vooral een andere mindset, namelijk het minder snel fysiek instappen en het meer richten op stressreductie, is erg waardevol voor de medewerkers. 

Waar is men het meest trots op bij het toepassen van de methode? 

Het Team Weerbaarheid is er trots op dat hun werkwijze volledig is ingebed in de filosofie van werken van de organisatie. Daar krijgt men veel waardering voor. Wat 15 jaar geleden begon als proef is nu een gevestigd begrip en een standaardonderdeel van het leren en ontwikkelen van de medewerkers van de organisatie. Toen men onlangs een vacature in het team had kreeg men wel 20 reacties. In deze krappe arbeidsmarkt is dat veelzeggend. 

Wat zijn verbetermogelijkheden? 

Men is steeds bezig met het doorontwikkelen en aanpassen van de trainingen en de coaching. Daarvoor wordt ook nauw samengewerkt met andere disciplines en wordt aangesloten bij elke studiemiddag over nieuwe ontwikkelingen. Het trainen met VR-brillen gaat mogelijk wat brengen en men zou graag een trainingslocatie in een rustgevende omgeving hebben.

Wordt de methode ook elders toegepast? Op welke schaal? 

Op deze schaal wordt deze vorm van weerbaarheidstraining niet elders toegepast. Er is wel veel vraag naar ervaringen die de organisatie heeft opgedaan en naar train-de-trainer programma’s. In andere instellingen wordt wel op weerbaarheid van medewerkers getraind, maar de doorvertaling naar de zorg en de koppeling aan de filosofie van Triple-C is uniek. Daarnaast worden de trainers dan meestal ingehuurd, terwijl de organisatie een eigen weerbaarheidsteam heeft.

Suggesties voor andere organisaties die aan de slag willen met deze methode

De inbedding in de filosofie is enorm belangrijk, anders wordt het een kunstje en zie je dat er na verloop van tijd weer mee gestopt wordt. Dit is een investering die enorm veel tijd kost.

 [1] Triple-C: Het Triple-C gedachtegoed is al vanaf 1991 in ontwikkeling. Het promotieonderzoek van Tess Tournier heeft een begin gemaakt aan de wetenschappelijke onderbouwing van Triple-C: https://www.triplecwerkplaats.nl/wp-content/uploads/2021/10/Proefschrift-Triple-C_-Tess-Tournier.pdf. In 2024, in samenwerking met de AWVB, een nieuw promotietraject starten op het gebied van de Triple-C methodiek. Zie ook de triple-C werkplaats: https://www.triplecwerkplaats.nl/

Bron

ASVZ

Deel deze pagina via: