Inge Redeker, expert inclusie: technologie helpt mensen om mee te kunnen doen
Gepubliceerd op: 28-07-2021
‘Alle mensen willen hetzelfde: een goed leven. Dat niemand daarin van elkaar verschilt, is een belangrijk startpunt bij inclusie. Je kijkt naar hoe iemand mee kan doen, wat en wie je nodig hebt. Sociaal contact is daarbij belangrijk.’
Door een sociale robot leer je meer sociale vaardigheden
Vanuit het project de Innovatie-impuls Gehandicaptenzorg wordt onder andere onderzocht hoe technologie daarbij kan helpen. Bij Profila Zorggroep onderzoeken ze bijvoorbeeld de mogelijkheden van zorgrobot SARA. Hun cliënten willen graag meer sociale activiteiten met hun medebewoners. Dan voelen ze zich minder eenzaam. Inge: ‘Mensen denken vaak dat contact met een robot geen persoonlijk contact is. Ik heb gezien hoe mensen reageren op SARA. Ouderen, mensen met een beperking, maakt niet uit.
Het mooie is dat mensen voor haar willen zorgen. Dat ze haar willen aanraken en beschermen. Zoals je dat voor een kind of een dier doet of voor iemand die je goed kent. Ik heb dat ook gezien met een robotkat of robotbaby. Er gebeurt echt iets in het contact, alsof er luikjes opengaan.
Als je weinig sociale contacten hebt, zoals veel mensen met een beperking, dan heb je minder kansen om sociale vaardigheden te leren. Een sociale robot als SARA kan helpen om die vaardigheden te verbeteren of te oefenen. Dan wordt de stap om mee te doen kleiner.
Soms is er ruzie over van wie de robot op dat moment is. Zoals kinderen ook wel eens ruzie maken over van wie iets is. Een begeleider is dan wel eens nodig om het samen te bespreken. Ook dat is een mooie oefening in een sociale situatie. Verder brengt zo’n robot mensen bij elkaar bij een activiteit. Dat gaat dan ineens heel makkelijk.’
Sociale robot kan een aanvulling zijn op de zorg
‘Sociale robots kunnen geen zorgmedewerkers vervangen, maar wel een goede aanvulling zijn. Wanneer bijvoorbeeld twee cliënten op het scherm van robot SARA beelden van vroeger bekijken, kan een begeleider aandacht geven aan andere cliënten.
Voor het ontwikkelen van nieuwe technologie is veel samenwerken nodig. Experts in technologie kunnen dit niet alleen. Daar hebben ze mensen uit de praktijk voor nodig, zodat de technologie echt aansluit op wat de praktijk nodig heeft.
Ook is er nog veel nodig om mensen met een zorgachtergrond echt met technologie te laten werken. Soms heeft dat met hun digitale vaardigheden te maken of dat ze opzien tegen de tijd die het kost om het te leren. Als je ze van begin af aan meeneemt, dan zijn ze er gelijk mee vertrouwd en krijgen ze technologie die hen helpt in hun werk.’
App kan contact makkelijker maken
Bij zorgorganisatie Odion speelt de zorginhoudelijke vraag hoe mensen eenvoudige, begrijpelijke informatie kunnen bekijken die hen uitnodigt om zelf iets in de buurt te gaan doen. Want van meedoen in de buurt worden ze gelukkig. Een app zou hierbij kunnen helpen.
Inge: ‘Mensen zijn vaak bang om afgewezen te worden. Ze vragen daardoor niet snel of ze mee mogen doen. Voor sommige mensen werkt een app dan goed om ze net dat duwtje in de rug te geven.’
Technologie kan meer zekerheid geven
‘Technologie kan ook op andere manieren helpen om meer zelfvertrouwen te krijgen. Bijvoorbeeld om zelfstandig met het openbaar vervoer te reizen. Het kan fijn zijn om vragen, of een bericht al in een app te hebben staan. Vooral omdat mensen het soms lastig vinden om een vraag te stellen aan iemand. Een app kan dan zekerheid geven.
Als er iets misgaat, dan is er altijd de app waarin ze hulp kunnen vragen. Soms is dat al genoeg om wel alleen op pad te durven gaan en zo sneller contact te maken. De app hebben ze dan misschien helemaal niet nodig. Ze worden op die manier zichtbaarder in de samenleving. Voor naasten en zorgmedewerkers is het natuurlijk ook even spannend. Het is een mooie en leuke stap voor iedereen als dat gewoon goed gaat.’
Het project Innovatie-impuls is onderdeel van het programma Volwaardig Leven van het ministerie van VWS en wordt gecoördineerd en uitgevoerd door Academy Het Dorp en Vilans.