Naar hoofdinhoud Naar footer

Jouw rol bij inclusie - Meer weten over de achtergronden

Gepubliceerd op: 20-12-2018

Laatst bijgewerkt op: 24-11-2023

Als ondersteuner speel je een belangrijke rol bij werken aan inclusie. Je doet dat met je hoofd, je hart en je handen. Je hoofd gaat over wat je moet weten en welke kennis je moet hebben, je hart gaat om je betrokkenheid, je drijfveren en je passie en je handen gaan over het doen, het handelen en de manier waarop je werkt.

Jouw rol bij inclusie heeft te maken met zowel je hoofd, je hart en je handen. En dit is allemaal met elkaar verbonden. Er vinden op dit moment nogal wat veranderingen plaats in de zorg. Iedereen heeft het over de transities in de zorg en ook horen we veel dat een medewerker in de zorg niet moet zorgen voor, maar moet zorgen dat. Dit past in een grotere ontwikkeling in de zorg. Het huidige denken in de zorg wordt ook wel burgerschapsparadigma genoemd.

Rol van de professional

Zorgprofessionals zijn steeds meer in de maatschappij werkzaam en niet meer in een zorginstelling. Dat vraagt een andere rol van hen dan voorheen. Zij hebben een belangrijke taak in het ondersteunen van cliënten in het leven in en met de maatschappij (Wilken en Dankers, 2012). Idealiter dragen ze er via hun werk aan bij dat mensen met een beperking zich welkom en gewaardeerd voelen.

Hierbij gaat het in de eerste plaats om kenmerken van goed hulpverlenerschap (gebaseerd op Boevink e.a., 2009):

  • Heeft een attitude van hoop en optimisme;
  • Is present (aandachtig aanwezig);
  • Gebruikt zijn professionele kennis en ervaring op een terughoudende en bescheiden wijze;
  • Maakt ruimte voor, ondersteunt het maken van en sluit aan bij het eigen verhaal van de cliënt;
  • Herkent en stimuleert het benutten van eigen kracht van de cliënt (empowerment);
  • Erkent, benut en stimuleert de ontwikkeling van ervaringskennis van de cliënt;
  • Erkent, benut en stimuleert de ondersteuning van de cliënt door belangrijke anderen (familie, vrienden, etc);
  • Is gericht op het verlichten van lijden en het vergroten van eigen regie/autonomie.

Richtlijnen in je werk

Naast deze kenmerken van goed hulpverlenerschap, kunnen professionals de volgende vijf aandachtspunten gebruiken als richtlijn in hun werk (zie Verdonschot & Kröber, 2011):

  1. Ga uit van mogelijkheden
    Succesvolle zorgprofessionals gaan uit van de mogelijkheden in plaats van beperkingen van mensen. Hiervoor is het nodig dat zij de tijd nemen om mensen te leren kennen en hun dromen en verlangens over relaties, vrienden en meedoen in de samenleving. Soms vertellen mensen met een beperking direct wat zij graag willen. Maar vaak is het van belang om ook goed te observeren: op welke plekken en bij welke mensen voelen zij zich gelukkig? Ook helpt het om te praten met mensen die een band hebben met de persoon en te luisteren naar verhalen over het leven van de persoon.
  2. Laat de regie bij mensen met een beperking en ga om met diversiteit
    De ondersteuning moet afgestemd zijn op wat de persoon nodig heeft om zijn eigen leven in te richten en volwaardig te kunnen meedoen in de maatschappij. De regie over de ondersteuning is altijd in handen van de cliënt. Hij of zij bepaalt wat er gebeurt en neemt de leiding over zijn of haar leven. De ervaring is dat met een open relatie meer bereikt kan worden en dat het de basis is voor wederzijds vertrouwen. Als je samen met de cliënt (en diens netwerk) zoekt naar de juiste ondersteuning en naar oplossingen voor problemen, zorg je ervoor dat de ondersteuning toegespitst wordt op datgene wat voor de cliënt belangrijk is.
  3. Gebruik strategieën voor ondersteuning in en met de samenleving
    Het is niet altijd de professional die de directe ondersteuning biedt. Steeds vaker worden ook leerkrachten, collega’s, mensen uit de buurt, clubgenoten of jobcoaches betrokken. Diverse strategieën kunnen professionals helpen om hun coördinerende en verbindende rol vorm te geven. Als professional is het belangrijk te weten waar je deze strategieën kunt vinden, waarvoor je ze kunt inzetten en hoe je ze eigen kunt maken.
  4. Inspireer anderen en laat je inspireren
    Een optimist die gelooft in en gaat uit van de mogelijkheden van mens en samenleving, kan anderen inspireren en meenemen in de principes van sociale inclusie. Succesvoorbeelden uit de praktijk kunnen daarbij helpen.
  5. Creëer ruimte in de ondersteuning
    Een organisatie kan professionals de ruimte bieden om nieuwe dingen te proberen. Deze ruimte krijgen zij in de praktijk niet altijd. Professionals kunnen zelf proberen de ruimte te creëren die zij nodig hebben om met de cliënt te werken aan een volwaardige rol in de samenleving.

Welzijn Nieuwe Stijl

Zorgprofessionals werken meer en meer in de maatschappij. Zij kunnen daarom ook leren van welzijnsprofessionals die al langer werkzaam zijn in en met de samenleving. In Welzijn Nieuwe Stijl kun je aanknopingspunten vinden voor nieuwe manieren van werken.

Deze 8 bakens zijn ook terug te vinden in de 10 Wmo-competenties van de competente professional:

  1. Verheldert vragen en behoeften
  2. Versterkt eigen kracht en zelfregie
  3. Is zichtbaar en gaat op mensen af
  4. Stimuleert verantwoordelijk gedrag
  5. Stuurt aan op betrokkenheid en participatie
  6. Verbindt gezamenlijke en individuele aanpak
  7. Werkt samen en versterkt netwerken
  8. Beweegt zich in uiteenlopende systemen
  9. Doorziet verhoudingen en anticipeert op veranderingen
  10. Benut professionele ruimte en is ondernemend

Direct aan de slag met inclusie

MOVISIE heeft een leerpakket beschikbaar over de 10 Wmo-competenties. Dit leerpakket kun je zonder trainer doorlopen. Bij elke competentie zijn filmpjes, opdrachten, cases en dilemma’s geformuleerd waarmee je zelf direct aan de slag kan.

Meer lezen over inclusie

Deel deze pagina via:

Stel je vraag aan

Soort

Richtlijn

Soort kennis

Praktijk

Taal

Nederlands